Cura zette haar poten voetje voor voetje neer, zonder te kijken maar heel bewust waar ze liep, het was hier warm en vochtig daar hield ze wel van. Gelukkig was het inmiddels al gestopt met regenen en had Cura al gegeten. Haar staart slingerde sierlijk heen en weer en haar ogen speurden de omgeving af, ze voelde zich nogal alleen hier, ze kende haast geen tijgers in deze omgeving, had wel zo nu en dan eens éen van ver gezien, maar nooit ontmoet. Wanneer Cura bij een klein beekje stil stond en wat dronk rook ze een onbekende geur.. Wat zou dat zijn.